Boekverslag : Antoine De Saint-exupery - Vol De Nuit
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1745 woorden. |
Nachtvlucht (Vol de nuit) – Antoine de Saint-Exupéry I De piloot Fabien is op weg met z’n vliegtuig van het verre zuiden naar Buenos Aires met de post van Patagonië. Het is rustig weer en het is al gauw nacht. San Julian ligt in zicht en op het moment dat hij de boodschap ontvangt, begint het te onweren. Men vraagt hem of hij wil slapen in San Julian. Hij antwoordt dat hij doorgaat. Terwijl hij landt, kijkt hij naar de kleine dorpjes die steeds groter worden. Fabien voelt zich moe. Hij had al lang de wens daar te willen wonen, want al die dorpjes waar hij maar even blijft, lijken al lang zonder hem te bestaan. Na een stop van 10 minuten, vertrekt hij weer. Nadat hij de lichten heeft aangedaan en alle instrumenten te hebben gecontroleerd, gaat hij tevreden achterover in zijn stoel zitten. Hij denkt aan de mensen in hun verlichte huizen. II Rivière, de verantwoordelijke persoon voor het gehele net wacht op drie vliegtuigen die uit Chili komen, Paraguay en Pentagonië. Op het moment dat deze terug zullen zijn, wordt hun lading overgebracht in een vliegtuig dat naar Europa gaat. Er wordt een teleram ontvangen dat het vliegtuig van Chili arriveert. Rivière realiseert zich dat wanneer de piloten zijn aangekomen, er geen rustperiode voor ze zal zijn. Er zullen weer nieuwe vluchten zijn met nieuwe onzekerheden. Hij voelt zich moe, hij realiseert zich dat hij ouder wordt. Hij denkt aan dingen die vroeger niet belangrijk voor hem waren. Hij blijft even voor Leroux staan, die ook al zoveel jaren heeft gewerkt. Hij is niet getrouwd en als hij terugkomt, is er geen ander wereld voor hem. Rivière vraagt zich of hij teveel bezig is met liefde. Maar de twee mannen hebben daar geen tijd voor. Rivière dringt de trieste gedachten weg en gaat richting vliegtuig naar Chili. III Het vliegtuig van Pellerin is zojuist aangekomen, maar zijn piloot praat niet veel tegen z’n collega’s die hem hebben bijgestaan tijdens de landing. Hij aanschouwt ze ernstig en het lijkt hem alsof ze zijn zorg hebben verdiend. Later in de auto met zijn baas en de inspecteur, denkt hij nog eens na over de vlucht. De sneeuw, de cycloon. Men moet zich redden. IV Rivière bekent dat wanneer hij naar Pellerin kijkt, dat hij van zijn nuchterheid houdt wanneer deze werkt. Hij is geen bravour-man maar hij praat over zijn vlucht als een smid. Pellerin legt uit hoe heftige stromingen hem hebben gered door hem op te tillen en hou andere stromingen hem naar de hoogte van de vlakten hebben gebracht zonder dat hij ergens tegenaan is gevlogen, tegen rotsen. Rivière vertelt de inspecteur dat de cyclonen normaal niet verder komen dan de Andes, en dat die ene niet te voorzien was toen hij naar het oosten ging. De inspecteur die er niets van weet, keurt het goed. Hij speelt een opmerkelijker rol, hij weet niet veel van techniek, maar Rivière heeft hem nodig omdat mensen anders bang zijn hun premies te verliezen. Eens had Robineau nieuwe methodes voorgesteld en technische oplossingen, maar Rivière had geschreven: “Inspecteur Robineau moet geen gedichten leveren, maar verslagen”. Nu is hij daar regelmatig om het personeel te stimuleren. Men wordt gestraft als men drinkt, nachten niet slaapt, op waardeloze wijze landt. Maar gedwongen door Rivière worden er ook premies ingehouden op het moment dat men niet op tijd vertrekt door een nevel of pech. Eerst vond hij dat onterecht, maar Rivière was onverbiddelijk en nu is Robineau trots een chef te hebben die zo sterk is. Voor Rivière is een man een stuk klei dat te vormen is naar zijn gratie, om hem een ziel, een wil te geven. V Robineau voelt zich ontzettend moe die avond, ondanks zijn functie als inspecteur, heeft hij niet het idee dat hij iets interessants kan doen voor zijn compagnie. Als piloot heeft Pellerin meer waarde dan hij. In Frankrijk heeft hij een maîtresse waarover hij met Pellerin wil praten tijdens een diner. Ookal willen de ondergeschikten de inspecteur niet mengen in hun privé-leven, accepteert Pellerin dit. VI Rivière, altijd netjes gekleed, komt het kantoor binnen waar de mannen geanimeerd raken door zijn aanwezigheid. Men verneemt dat de post van Patagonië snel vooruitgaat. Men besluit dat de inspecteur wel op kantoor zal zijn voor een waaknacht. Robineau toont op dat moment aan Pellerin de stenen van de Sahara, zijn favoriete hobby. Hij verontschuldigt zich omdat hij moet vertrekken en komt enige tijd later binnen op katoor waar Rivière hem vragen stelt over de route tussen Amerika en Europa, waarop Robineau geen antwoord heeft. Rivière laat hem weten dat hij de vriendschap tussen Robineau en de werknemers niet op prijs stelt. Hij wil een sanctie op Pellerin, voor maakt niet uit welk motief. Robineau is met stomheid geslagen. En Rivière legt uit: Je moet van die mannen houden, zonder het te zeggen. En in een vriendschappelijke relatie kun je hun geen mandaat geven voor een gevaarlijke vlucht. Er wordt een boodschap ontvangen dat er een vliegtuig moet landen. Een half uur later, pech. Na reparatie en opstijgen en de gelukkige gedachte dat het mooi weer is, is Rivière tevreden. VII De radio van het vliegtuig Pentagonië kijkt naar de piloot voor hem, die straalt van kracht, wil, woede, terwijl deze een storm tegemoet gaat. Hij voelt zich vol vertrouwen. VIII Rivière voelt zich als een vader met een ziek kind thuis, de menigte in de straten. Hij denkt aan de twee courriers die nog op weg zijn terwijl ze de duisternis verslaan. Hij gaat naar kantoor waar de stilte hem bevalt. De secretaris is er en Rivière vindt in hem een strijdkameraad. Hij verneemt dat de radioposten niet kunnen worden ontvangen vanwege het onweer. IX Rivière maakt zich zorgen, niet alleen vanwege het kwaad van zijn kant, maar ook omdat hij misschien slecht geweest is voor zijn mensen. Door te straffen heeft hij alleen maar het ongeluk willen bestrijden. Allereerst twijfelt hij aan het ontslag van de oude Roblet die zich een keer heeft vergist. Maar volgens de inlichtingen dat er een fout in het elektronische circuit is gevonden, is hij overtuigd. Je moet het kwaad eruit halen voordat men het ontdekt. Hij moet vertrekken. X De vrouw van de piloot die de post in Europa zal brengen, wordt wakker. Ze houdt van haar man die zich vertrokken is voor dit vreemde offer. Als hij zijn ogen open doet, helpt zij hem met aankleden. Te snel voor haar, denkt hij al ver weg. XI Rivière ontvangt de piloot die hij als moedigste ervaart en verwijt hem terug te zijn gekomen. Hij luistert naar zijn verhaal: de man kon er niets aan doen en hij had het idee dat de motor het niet aankon. Hij bekent dat hij bang was. “Je had teveel verbeelding want de motor is prima”. Alleen, Rivière peinst over de moeilijkheden die hij heeft gehad om de verantwoordelijke mensen te overtuigen voor de post, dat het nodig was ’s nachts te vliegen, om overdag geen tijd te verliezen voor andere transportmiddelen. En nu moet hij ze ontdoen van angst. XII Fabien, die uit Patagonië komt, botst op onweer, wat hij wil vermijden door eronder te gaan vliegen. Als hij hier niet in slaagt, zal hij terugkeren. Problemen. Via de radio verneemt hij dat hij niet terug kan keren. Slechte zaak. Hij is omcirkeld door de diepte van de nacht. XIII Op kantoor, ontvangt Rivière steeds minder berichten. Hij heeft de hulp van de politie ingeroepen om een uitvlucht voor Fabien te vinden. Op dat moment beheersen de sterren nog steeds Buenos Aires. XIV Simone Fabien bereidt zich voor op de terugkeer van haar man. Om kwart over een informeert ze. Ze begrijpt niet dat men niets van hem heeft vernomen sinds uren met een zo heldere hemel. Ze wil met de directeur spreken. Hij kan haar niet helpen, ze hebben hun eigen waarheid, allebei. Maar na dat gesprek, vraagt hij zich af in naam van wat hij het recht heeft mensen op te offeren. En hij denkt aan een tempel op een berg, gemaakt door de Inca’s van Peru. Daar zijn veel mensen gestorven omdat het werk zo zwaar was. Maar de leider van dit volk van vroeger had niet de individuele levens willen redden, maar de herinnering van een heel volk. Fabien strijdt tegen onweer en duisternis. XV Hij heeft zolang verkrampt de knuppel vastgehouden dat hij zijn armen niet meer kan voelen. Hij doet de enige verlichting aan: het is de zee daarginds. Op het moment dat hij drie sterren ziet, gaat hij omhoog, ook al weet hij dat dat tevergeefs is. XVI Hij klimt boven de wolken en direct zijn Fabien en zijn radio verblind door het licht van de maan, teruggekaatst door de wolken. Ze glimlachen naar elkaar maar de piloot weet dat hij verloren is. XVII Na enkele telegrammen van hier en daar, begrijpt men dat de bemanning veroordeeld is tot zich storten in een cycloon, binnen 30 minuten vanwege brandstofgebrek. XVIII Rivière denkt aan Fabien die dwaalt boven een bewolkte zee. Nog houdt hij de wereld in z’n greep, maar weldra zal hij verloren zijn, want daarginds is het de eeuwigheid. XVIIII Robineau wil zijn goede wil overtuigen, maar Rivière wil niet luisteren. Onnodig dat hij op z’n kantoor doolt. Mevrouw Fabien komt bij Rivière binnen, maar hij kan haar niets bieden. Men moet wachten. De volgende woorden worden ontvangen: “Naar beneden, de wolken in”. Daarna niets. De laatste grens wat brandstof betreft. Ze kunnen niet meer vliegen. Rivière gaat z’n kantoor in, neemt maatregelen m.b.t. de post voor Patagonië. Dat zal met het volgende vliegtuig gestuurd worden naar Europa. Daarna wil hij alleen zijn. XXI Robineau heeft medelijden met Rivière en gaat z’n kantoor binnen om te zeggen: “Ik ben bij u”, maar de leeuw zelf verslagen, intimideert hem en hij vindt alleen de woorden: “Ik ben gekomen om uw bevelen op te volgen”. En geheel onverwacht, hoort hij hem antwoorden: “De post van Asuncion zal tien over twee landen”. Laat de post van Europa om kwart over twee opstijgen. En Robineau denkt: “Echter, opnieuw de nacht!” XXII De piloot van het vliegtuig dat naar Europa gaat wacht op de post van Asuncion zodat hij kan vertrekken. Hij praat met zijn collega die hem vraagt of hij nog nieuws heeft over Fabien. “Men verwacht hem niet meer. Verdwenen. Is het mooi weer? “ Hij lacht een beetje. “Die idioot van een Rivière, die denkt dat ik bang zou zijn.” Rivière wacht op het opstijgen van het vliegtuig naar Europa. Als hij het bevel tot vertrek niet had gegeven, zouden de nachtvluchten niet door zijn gegaan. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |